Page 184 - Luchtbrug naar het Verleden
P. 184
Ons Waterloo -vervolg-
Ons groepje schaart zich achter het eerste startblok. Ik ben de zesde in
de rij. Het enge, diepe water schemert voor mijn ogen. Ik hoor de
briesende stem van Pietje die één van de meisjes vóór mij, die met een
keiharde buiklanding op het water terecht is gekomen, ten overstaan
van ons hele groepje de oren wast. “Zo moet het dus niet,” gaat hij
tegen haar te keer.
Mijn ogen dwalen naar de grote ramen rechts van mij. Buiten schijnt de
zon en in het schijnsel van het licht zie ik het blauwe, rustig
kabbelende water van het buitenbad, dat op sommige plaatsen wordt
doorkliefd door een bejaarde man of vrouw. Zij hebben er op dat
moment van de dag de tijd voor. In mijn hoofd klinkt de vrolijke
melodie van Cliff Richard die ik vanmorgen bij ons thuis op de radio
heb gehoord: “We’re all going on a summer holiday” galmt zijn stem
door de overvolle fietsenstalling en de warme kleedhokjes. Het is
eindelijk vakantie. Lachend en pratend zoeken mijn vriendinnetje en ik
een leeg hokje om ons van onze zomerkleding te ontdoen. Het badpak
hebben we thuis al aan gedaan. Daarna eerst snel een gunstig plekje
tussen de hoge wilgen op de ligwei bemachtigen en onze
badhanddoeken uitspreiden. We kunnen niet wachten om het
verkwikkende water in te duiken.
Schaterend en drijfnat, maar ook moe van de vele baantjes die we
samen door het water hebben getrokken zoeken we nu ons heil in de
felle zon. Om ons heen is het in de tussentijd drukker geworden.
Andere meisjes van school hebben zich bij ons gevoegd en één van hen
heeft zelfs een transistorradio bij zich.
-184- -185-