Page 187 - Luchtbrug naar het Verleden
P. 187
Ons Waterloo -vervolg- Onderste Waterloo -vervolg-
Zo bakenen we met onze eigen zender ons terrein af. Radio Luxemburg Integendeel, vanaf die dag slaap ik weer als een roos. Tegen de tijd dat
heeft, als de ontvangst goed is, meestal onze voorkeur. mijn arm is hersteld begint de zomervakantie. Het schooljaar daarna is
Naast ons heeft zich een groepje jongens van de jongensschool een andere klas aan de beurt voor zwemles.
verzameld. Ze loeren naar ons met steelse blikken en met een half oor Het gips heb ik nog lang bewaard. Als teken van een roemloos, maar
proberen ze mee te luisteren naar onze verhalen. De grootste lefgozer dankbaar einde.
durft zelfs een gesprekje met ons aan te knopen of daagt ons uit voor
een spel met de bal. We gaan er niet op in maar grinniken schaapachtig
terug. Het blijft bij wat speels heen en weer gelonk en dat is al
spannend genoeg.
Als onze badpakken zijn opgedroogd en de hitte te zeer bezit van ons
neemt, gaan we een ijsje halen bij het kraampje van de familie Kempen.
Daar is het een gedrang van natte badpakken, warme lijven en blote
voeten …
“Opschieten,” klinkt het door het bad. Verschrikt kijk ik in de donkere
ogen van Pietje. Het is mijn beurt….
Mijn redding komt uit een onverwachte hoek. Een bezoekje aan mijn
opa en oma aan de overkant van de straat heeft verstrekkende gevolgen.
Op weg naar huis maak ik een smak en beland ik languit op de stoep.
“Die arm is gebroken,” vertelt de dokter in het ziekenhuis. Hij kijkt mij
en mijn vader meewarig aan. Ook al schreeuw ik het op dat moment uit
van de pijn, zijn woorden klinken als muziek in mijn oren. Een stevig
gipsverband maakt duidelijk dat het menens is. Het is twee weken
Foto: Hans Kempen, 1997
voordat ik op moet voor mijn zwemdiploma B.
Het blijft de missing link in mijn zwemcarrière, die met deze val
vroegtijdig wordt beëindigd. Ik lig er niet wakker van. 1997 - Roemloos einde van het “Sportje”.
-186- -187-