Page 178 - Luchtbrug naar het Verleden
P. 178
Ons Waterloo
Iedere dinsdag, de dag voordat het weer zover is, voel ik die
afschuwelijke steen in mijn maag. De beelden van het griezelig diepe
water dat onheilspellend tegen de rand klotst, de indringende geur van
chloor en de bullebak van een zwemleraar spoken door mijn hoofd. De
wekelijks terugkerende zwemles op school is een foltering.
Ik kan er niet van slapen en waarschijnlijk veel klasgenootjes evenmin.
Al komen ze daar niet altijd eerlijk voor uit. De meesten houden zich
stoer en laten zich de bulderende stem en kleinerende opmerkingen van
onze zwemmeester niet aangaan. Hij lijkt er een duivels genoegen in te
scheppen om zijn stoom op ons af te blazen en ons angstig en
bibberend in zijn ijzeren greep te houden. Zijn korte, oer-Hollandse
naam Piet is een begrip voor alle kinderen die ooit in het
Sportfondsenbad in Venlo-Zuid op zwemles zijn geweest. Om de druk
enigszins te verlichten, hebben we zijn naam veranderd in de koosnaam
Pietje. Hele generaties schoolkinderen hebben echter onder zijn regime
gesidderd.
Vanuit de lagere school aan de Pastoor Opheijstraat lopen we in Piet Sijbers, alias “Pietje”
ganzenpas met de hele klas naar het Sportfondsenbad aan de Walstraat.
Generaties kinderen hebben van hem zwemles gehad.
Zodra we de Tegelseweg bij drogisterij Perey zijn overgestoken en we
de speelplaats van de oude meisjesschool zijn gepasseerd, duikt het
markante badgebouw aan het einde van de straat op. Van veraf heeft
het iets weg van een Chinese pagode doordat de schuine daken in
drievoud evenredig over de bovenkant zijn verdeeld. De trappen naar
de ingang hebben een overkapping. Het is de plek waar we moeten
wachten als de zwemles is afgelopen. De muurtjes aan beide kanten
bieden een zitplaats.
-178- -179-