Page 177 - Luchtbrug naar het Verleden
P. 177

In “Ons Waterloo” maakt de schrijfster ons deel


 van de strijd die ze iedere week met het

 schoolzwemmen moet voeren. Ze krijgt er de
 14  avond ervoor een afschuwelijke steen van in haar



 maag, De wekelijks terugkerende zwemles op

 school is een foltering.


 Dan komt de redding, ze valt en breekt haar arm.

 Het betekent het roemloos einde van haar


 zwemcarrière en kan ze eindelijk weer als een

 roos slapen. Heerlijk, geen zwemles meer!





 Uit: Ons Waterloo


 Links naast de ingang zijn de raampjes van het

 binnenbad te zien. De vijftig meters tot het badhuis,

 die ons nog resten zijn geplaveid met angst en

 onbehagen. Een hellegang zonder

 ontsnappingsclausule. Ik druk mijn rechterhand, die in

 de hand van mijn vriendinnetje rust, iets steviger in

 die van haar. Een gebaar dat ze met een wederdruk         Sportfondsenbad
 Ons Waterloo
 bevestigt. Vriendinnen begrijpen elkaar. De beelden

 van het griezelig diepe water dat onheilspellend tegen

 de rand klotst, de indringende geur van chloor en de

 bullebak van een zwemleraar spoken door mijn hoofd.

 De wekelijks terugkerende zwemles op school is een

 foltering.









 -176-                                                                                                                            -177-
   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182