Page 177 - Pater Hubert Gulickx
P. 177

De liefde in de omgang met elkaar harmoniseren met de

 sexualiteit ging niet. Dat mocht en kon niet in die jaren.


 Over die moeilijkheid heb ik, vanuit eigen ervaring, later als

 pastor dikwijls gepraat met mannen en vrouwen die al lang


 getrouwd waren en het probleem kenden. Zoals een man het

 uitdrukte: "Toen ik verkering had zag ik tegen mijn meisje


 op als een heilige maagd. Toen ik getrouwd was en met

 haar mocht slapen wist ik mij geen raad. Zij kon mij die


 raad niet geven. Wij konden elkaar niet over de kuisheids-


 drempel tillen die wij samen in zeven jaar verkering hadden

 opgebouwd. Zo is het gekomen dat wij wel kinderen hebben


 maar nooit vreugde hebben beleefd aan de samenleving."

 Zo vertelde die man en ik geloof dat het mij ook zou zijn


 overkomen als die droom van een kermisavond werkelijk-
                                                                                                                 1972
 heid zou zijn geworden. Wij maakten onze verkering uit en


 ik heb die mislukte liefde pijnlijk ervaren. Daarna kreeg ik

 nog verkering met een meisje uit Tilburg. Maar ook met haar


 kon ik mijn geluk niet vinden. Op een avond, in het Mastbos

 in Breda, na een feestavond en vrijen kwam plotseling de

 gedachte bij mij op: ik wil priester worden. Daarin ligt mijn


 toekomst. Ik had, diep in mij, weer een ideaal om voor te

 leven. Een hoopgevende en tegelijk beangstigende roeping.


 De heilige Hubertus was in het bos tijdens een jacht bekeerd.

 Hij met een hert en ik met een meisje. Je zou zeggen dat
          v.l.n.r.:
 Nonkel Jos bij mijn doop niet vergeefs heeft gefraudeerd.  jos feller, hubert gulickx, gerard hilberts, annelies aalbers, jacques pennings, jeannette codolban




 -176-                                                                                                                            -177-
   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182