Page 113 - Pater Hubert Gulickx
P. 113
Maar ik moest toen zeggen dat ik op een benoeming wachtte
Het boek bevat vijfen-
en dat dit waarschijnlijk niet Venlo zou worden. Toen het twintig gesprekken
tussen Bomans en Van
een paar weken later toch Venlo werd, kreeg ik boven mijn
der Plas, aan het eind
biechtstoel mijn naam. Daar kon ik dan naar verwijzen. Dat van de jaren zestig. De
heb ik geweten want ik heb in Venlo van het begin af aan, gesprekspartners zijn
bezorgde katholieken:
naast de uren in de biechtstoel, veel tijd doorgebracht op de er is veel veranderd de
spreekkamer. In de biechtstoel was ik te bereiken op laatste jaren (mis niet
meer in het latijn,
vrijdagavond van zeven tot acht uur en op zaterdagmiddag opkomst van de
van vier tot zes uur. In de eerste jaren was er op zaterdag- beatmis) en de twee
vragen zich af wat ze
middag haast geen tijd om een kopje koffie te drinken en een uiteindelijk overhouden.
sigaretje te roken. Voor de feestdagen was het de topdrukte
in het biechthoren. Daags voor Kerstmis en Pasen stonden er
lange rijen voor elk van de zes biechtstoelen en ook het
middenschip van de kerk zat vol wachtende en penitentie-
biddende gelovigen. Dat was voor de paters lopende
bandwerk. Dat werd zo zwaar gevonden dat wij elke avond
in Mariaweide bij de boterham gebakken biefstuk kregen.
Dat versterkend vlees is pas verdwenen van het menu toen
het biechthoren al flink was teruggelopen. Nu over mijn
persoonlijke ervaringen bij het biechthoren. Hoe dat
aanleiding gaf tot vele pastorale kontakten. Om de
gemoedsstemming te illustreren van de katholieken die in de
Michel v.d Plas (synoniem
biechtstoel stapten citeer ik uit het boek van Godfried
voor Bernardus Brinkel)
Bomans en Michel van der Plas: "In de kou". Onder het en
hoofdstuk "biechten" vertelt Bomans over zijn puberteit. Godfried Bomans
-112- -113-