Page 50 - Pater Hubert Gulickx
P. 50
gooien dat dan gretig werd opgeraapt. Met 21 geroepenen *
Socius
stonden wij in de valavond voor de poort van het klooster. Een Socius stond de overste terzijde. Vroeger was een socius intensief
Pater Biezeno en zijn socius(*) Wark ontvingen ons. betrokken bij het bestuur en nam allerlei taken over.
Zo begon voor mij het kloosterleven. Van de acht jaren die
volgden vóór ik naar Venlo vertrok ga ik alleen maar de **
Noviciaat
markante episodes en voorvallen vertellen. Want anders Het noviciaat is een proeftijd die er op gericht is de novicen hun
loopt mijn verhaal teveel uit. Tijdens het noviciaat(**) viel geestelijke, en wel hun Dominicaanse roeping beter te leren kennen,
de levenswijze van de Orde te ervaren en naar verstand en hart in
ik van de ene verbazing in de andere. De tijd schoot wel op Dominicaanse geest gevormd te worden.
want het bleef spannend in de eentonigheid die het kenmerk
is van het noviciaatjaar. Mijn eerste verbazing was dat pater ***
Biezeno helemaal veranderde in zijn houding tegenover mij. Deken van de novicen
Vergelijkbaar met de klassenoudste.
Hij was een paar keer bij ons thuis geweest. Ik had hem elke
week geschreven en hij schreef van tijd tot tijd terug. Ik ging
met hem om als een kennis. Zoals dat normaal is. Nu nam hij
direct afstand en ik ben het hele noviciaat niet bij hem
geweest dan functioneel. Als ik als deken van de
novicen(***) iets te vragen had. Denk niet dat ik dat erg
vond, helemaal niet. Ik paste mij direct aan bij zijn houding.
Voor de medenovicen was ik 'de oude Gulickx'; maar ik kon
goed met hen opschieten. Ik zal door mijn verhalen wel eens
teveel aandacht naar mijn kant hebben getrokken. Toch heb
ik als deken geprobeerd aan hen de aandacht te geven die zij
tekort kwamen in die gesloten samenleving van het
noviciaat.
-50- -51-