Page 50 - Moederhuis Bethanië
P. 50
WOII - vervolg
Om de enige bron van inkomsten -de wasserij- aan te kunnen
houden, blijven de zusters, die in de wasserij, mangel- en
strijkkamer werkzaam waren, in Venlo.
De zusters kregen van dhr. Kleuskens een zaaltje aangeboden
op de 3e verdieping van Bontamps in de Maasstraat. Dat had
daarvoor als patronaatsgebouw gediend en stond hier bekend
als “Huize Bontamps”. Dáár konden de zusters eten, bidden
en slapen. Voor de wasserij was de ruimte echter veel te klein
en zo kwam het, dat de zusters kunnen gaan wassen in het
Weeshuis, strijken bij de zusters van de school en mangelen in
het St. Jozef-ziekenhuis en op de Herungerweg. Venlonaren
zien de zusters met volle manden kris kras door Venlo lopen.
Gelukkig kan ook een wasserij in Koningsbosch worden
ingericht, alwaar hun grootste klant, Sanatorium
“Hornerheide” terecht kan.
In Bontamps krijgen de zusters nog een zaaltje er bij, zodat
daar de kapel kan worden ingericht. Het convent aldaar
krijgt de naam “St. Magdalena”.
In november 1942 dient er weer verhuisd te worden en
krijgen de zusters inwoning in Trans-Cedron.
Bethanië telt dan 256 leden: 96 zusters in Koningsbosch, 31
in Venlo, 87 in Stevensbeek en 42 in Rijsbergen.
-50-