Page 109 - Maasbruggen - Venlo
P. 109
1954
De oorlogsverwoestingen boden mogelijkheden om de
vooroorlogse verkeerssituatie tussen de Maasbrug en het
treinstation ingrijpend te verbeteren. De gelijkvloerse
spoorwegovergang bij de Antoniuslaan te Blerick, de tolheffing
bij de verkeersbrug en de smalle Roermondsepoort in de
spoordijk te Venlo waren beruchte knooppunten. Het
wederopbouwplan voor de binnenstad van ir. Jules Kayser uit
mei 1945 voldeed naar het oordeel van ir. P. Verhagen,
stedenbouwkundig adviseur van het rijk, volstrekt niet aan de
eisen van het moderne verkeer.
Ir. M.P.J.H. Klijnen, stedenbouwkundig adviseur voor de
provincie Limburg, kreeg in 1946 opdracht voor het opstellen
van een ‘verkeersplan’. Het in 1951 vastgestelde Brugplan was
in de eerste plaats een efficiënt verkeersplan en omvatte het
totale gebied van bruggen, opritten, viaducten, verkeerswegen
en -pleinen tussen de treinstations van Venlo en Blerick.
De twee platte plaatbruggen naast elkaar, op gelijke hoogte en
zonder opbouw zorgen voor vrij zicht op Venlo en Blerick.
Na voorstudies uit 1946 kwam Klijnen in 1948 onder druk van
besparingseisen met een plan waarin een platte verkeersbrug
haaks over de Maas en direct ten zuiden van de spoorbrug was In september 1954 werd een begin gemaakt met de bouw
ontworpen. Hierdoor kon de spoorwegovergang in Blerick van de nieuwe verkeersbrug.
vervallen. Dit plan werd in 1951 vastgesteld door de
gemeenteraad en goedgekeurd door het rijk.
-108- -109-
De oorlogsverwoestingen boden mogelijkheden om de
vooroorlogse verkeerssituatie tussen de Maasbrug en het
treinstation ingrijpend te verbeteren. De gelijkvloerse
spoorwegovergang bij de Antoniuslaan te Blerick, de tolheffing
bij de verkeersbrug en de smalle Roermondsepoort in de
spoordijk te Venlo waren beruchte knooppunten. Het
wederopbouwplan voor de binnenstad van ir. Jules Kayser uit
mei 1945 voldeed naar het oordeel van ir. P. Verhagen,
stedenbouwkundig adviseur van het rijk, volstrekt niet aan de
eisen van het moderne verkeer.
Ir. M.P.J.H. Klijnen, stedenbouwkundig adviseur voor de
provincie Limburg, kreeg in 1946 opdracht voor het opstellen
van een ‘verkeersplan’. Het in 1951 vastgestelde Brugplan was
in de eerste plaats een efficiënt verkeersplan en omvatte het
totale gebied van bruggen, opritten, viaducten, verkeerswegen
en -pleinen tussen de treinstations van Venlo en Blerick.
De twee platte plaatbruggen naast elkaar, op gelijke hoogte en
zonder opbouw zorgen voor vrij zicht op Venlo en Blerick.
Na voorstudies uit 1946 kwam Klijnen in 1948 onder druk van
besparingseisen met een plan waarin een platte verkeersbrug
haaks over de Maas en direct ten zuiden van de spoorbrug was In september 1954 werd een begin gemaakt met de bouw
ontworpen. Hierdoor kon de spoorwegovergang in Blerick van de nieuwe verkeersbrug.
vervallen. Dit plan werd in 1951 vastgesteld door de
gemeenteraad en goedgekeurd door het rijk.
-108- -109-