Page 46 - Trans-Cedron
P. 46
De vóórgeschiedenis van Trans-Cedron Het complex werd in 1879 gekocht door Duitse Dominicanen,
Trans-Cedron werd in 1497 aan de Nieuwstraat door die Düsseldorf moesten ontvluchten vanwege de door Otto von
Alexianen (Cellebroeders) gesticht als Cellebroedershuis. Dit Bismarck gevoerde Kulturkampf. De Duitse kloosterorde
huis werd leter omgevormd tot een klooster van de Heilige breidde het complex in 1892 uit met een Collegium
Graforde. In 1599 gaf de bisschop van Roermond toestemming Albertinum, dat tot de Tweede Wereldoorlog bleef bestaan. In
om het af te staan aan Begijnen, die tot die tijd een klooster deze oorlog werd het complex in 1944 volledig verwoest,
aan de Begijnengang bewoonden. Met de verhuizing traden samen met het oude klooster Mariaweide. In 1962 was het
deze Begijnen eerst toe tot de orde van de Franciscanessen, en nieuwe klooster Mariaweide klaar, en de Dominicanen namen
in 1614 namen zij de regels en kleding van de Annunciaten in hetzelfde jaar hun intrek in de nieuwbouw.
aan. In 1618 bouwden deze zusters, geholpen door de vele
giften, een nieuw en groter klooster. Dit klooster lag pal naast Agnes Maria Huyn van Amstenrade
het Dominicanenklooster Mariaweide. Een groot deel van de (Amstenrade, 14 september 1614 –
voorgevel brandde in 1747 af, door een brand in een Venlo, 8 juli 1641), ook wel Agnes
nabijgelegen woonhuis. In 1866 woedde wederom een brand, Maria gravin Huyn genoemd, dochter
die begon in een eveneens nabijgelegen zoutziederij. Alleen de van Werner Huyn en Leyffardt von
Lerodt, trad op 24 november 1626, als
zuidelijke helft van de voorgevel bleef overeind staan. 12-jarige, toe tot het Annunciaten
klooster Trans-Cedron te Venlo, waar
De zusters vertrokken in 1797 uit het klooster, mede door het ze op 28-jarige leeftijd overleed.
nieuwe bewind van de Fransen. Na hun vertrek werd het In 1797, bij de Bataafse onteigening van
klooster als woning en pakhuis gebruikt. Tot 1825 bleef het in het klooster, werd het restant van haar
bezit van een raadslid genaamd Johannes Lenssen. In 1830 gebeente herbegraven in de naburige
werd het complex vervallen verklaard, waarna het in bezit Kapel van Onze Lieve Vrouwe van
Genooi.
kwam van eveneens een raadslid, met de naam Peter Jozef
Berger-Mertz. Dit was een industrieel, bankier en lid van de in 1914 werd ze zaligverklaard.
De verering van deze Venlose heilige
Provinciale Staten. stopte na de Tweede Wereldoorlog.
-46- -47-
Trans-Cedron werd in 1497 aan de Nieuwstraat door die Düsseldorf moesten ontvluchten vanwege de door Otto von
Alexianen (Cellebroeders) gesticht als Cellebroedershuis. Dit Bismarck gevoerde Kulturkampf. De Duitse kloosterorde
huis werd leter omgevormd tot een klooster van de Heilige breidde het complex in 1892 uit met een Collegium
Graforde. In 1599 gaf de bisschop van Roermond toestemming Albertinum, dat tot de Tweede Wereldoorlog bleef bestaan. In
om het af te staan aan Begijnen, die tot die tijd een klooster deze oorlog werd het complex in 1944 volledig verwoest,
aan de Begijnengang bewoonden. Met de verhuizing traden samen met het oude klooster Mariaweide. In 1962 was het
deze Begijnen eerst toe tot de orde van de Franciscanessen, en nieuwe klooster Mariaweide klaar, en de Dominicanen namen
in 1614 namen zij de regels en kleding van de Annunciaten in hetzelfde jaar hun intrek in de nieuwbouw.
aan. In 1618 bouwden deze zusters, geholpen door de vele
giften, een nieuw en groter klooster. Dit klooster lag pal naast Agnes Maria Huyn van Amstenrade
het Dominicanenklooster Mariaweide. Een groot deel van de (Amstenrade, 14 september 1614 –
voorgevel brandde in 1747 af, door een brand in een Venlo, 8 juli 1641), ook wel Agnes
nabijgelegen woonhuis. In 1866 woedde wederom een brand, Maria gravin Huyn genoemd, dochter
die begon in een eveneens nabijgelegen zoutziederij. Alleen de van Werner Huyn en Leyffardt von
Lerodt, trad op 24 november 1626, als
zuidelijke helft van de voorgevel bleef overeind staan. 12-jarige, toe tot het Annunciaten
klooster Trans-Cedron te Venlo, waar
De zusters vertrokken in 1797 uit het klooster, mede door het ze op 28-jarige leeftijd overleed.
nieuwe bewind van de Fransen. Na hun vertrek werd het In 1797, bij de Bataafse onteigening van
klooster als woning en pakhuis gebruikt. Tot 1825 bleef het in het klooster, werd het restant van haar
bezit van een raadslid genaamd Johannes Lenssen. In 1830 gebeente herbegraven in de naburige
werd het complex vervallen verklaard, waarna het in bezit Kapel van Onze Lieve Vrouwe van
Genooi.
kwam van eveneens een raadslid, met de naam Peter Jozef
Berger-Mertz. Dit was een industrieel, bankier en lid van de in 1914 werd ze zaligverklaard.
De verering van deze Venlose heilige
Provinciale Staten. stopte na de Tweede Wereldoorlog.
-46- -47-